Het leefgebied van de Maleise beer (ook bekend als honingbeer) strekt zich uit van Zuidooost-Azië naar Borneo, Java, Maleisië, Sumatra, Thailand en Myanmar. De honingbeer leeft in bosrijke gebieden zoals de tropische regenwouden. De Maleise beer is de kleinste beersoort. De wat hondachtige, vrij kleine, platte kop van deze beer heeft een vuilwitte snuit. Deze is kort met een extreem lange tong. Op de borst bevindt zich een hoefijzervormige room-geelkleurige vlek. De kortharige pels is glanzend zwart tot zeer donkerbruin. In het Engels wordt de Maleise beer ‘sun bear’ genoemd.
Dieet
De honingbeer eet voornamelijk plantaardig voedsel, zoals palmharten van de kokospalm en in het bijzonder jonge spruiten. Ook bevat hun dieet honing, nectar van bloemen, fruit, bessen en zaden. Maar ze eten ook insecten zoals mieren en termieten. Daarnaast eet hij onder andere ook kleine gewervelde dieren zoals zoogdieren en vogels.
Winterrust
De Maleise beer gaat niet in winterrust in verband met de overvloed aan voedsel en het klimaat waarin hij leeft.
Sociaal gedrag
Maleise beren leven voornamelijk solitair, maar heel soms ook in kleine groepen. Overdag slapen ze in een holle boom en ’s nachts klimmen ze rond in de bomen op zoek naar voedsel. Op de grond zoeken ze naar insecten, onder andere in holle boomstammen. Honingberen brengen een groot deel van de dag door in bomen waar ze nesten bouwen.
Status
Op de Maleise beer wordt gejaagd vanwege hun gal en klauwen welke veel geld opleveren. Deze worden gebruikt in de Traditionele Chinese geneeskunde. Daarnaast is het leefgebied van de Maleise beer drastisch aan het afnemen door toedoen van de mens. Dit heeft tot gevolg dat ze steeds dichterbij menselijk leefgebied worden gedwongen om voedsel te zoeken. Om deze redenen is de IUCN-status van de Maleise beer dan ook ‘kwetsbaar’.
Factsheet Maleise beer (Helarctos malayanus)