De berenpopulatie in Kroatië groeit sinds de jaren vijftig gestaag, maar het werkelijke aantal is niet bekend (2005). De huidige ruwe schatting is ongeveer 1.000 individuen. Natuurlijke selectie zou de populatiegrootte stabiliseren op het niveau van de habitatcapaciteit. Aangezien het leefgebied van beren ook door mensen wordt bewoond, ligt de capaciteit van de habitat doorgaans boven de sociale capaciteit, d.w.z. boven het punt waarop het risico op conflicten (schade en directe bedreiging voor de menselijke veiligheid) als onaanvaardbaar hoog wordt ervaren. Er mag in Kroatië op beren worden gejaagd, door jachtquota’s in de eerste helft van de vorige eeuw groeide de populatie van minder dan 100 beren tot het huidige aantal. Volgens de jachtrichtlijnen wordt de jacht op beren beheerd door middel van jaarlijkse quota. Op dit moment wordt de beslissing over de grootte van het quotum echter genomen zonder een goede wetenschappelijk onderbouwde basis van de populatiegrootte. Dit is de oorzaak van verschillende klachten: diverse partijen en een substantieel deel van de bevolking – ervan uitgaande dat er te veel beren zijn – vinden dat het quotum veel hoger zou moeten zijn, terwijl anderen tegen elk quotum zijn en beweren dat de berenpopulatie dergelijke verliezen niet aan kan. Daarom is kennis over de werkelijke populatiegrootte van de bruine berenpopulatie een absolute voorwaarde voor het verkrijgen en behouden van draagvlak en acceptatie van de beer in Kroatië.
De belangrijkste en tevens nieuwe activiteit van dit tweejarige project tussen 2006-2008, was het maken van een wetenschappelijk verantwoorde schatting van de omvang van de totale berenpopulatie door gebruik te maken van DNA dat werd geëxtraheerd uit berenpoep. Als de totale populatieomvang bekend is, kan de invoering van het beheerplan worden uitgerold. Traditioneel tellen berenmanagers de dieren op voederplaatsen. Deze methode heeft de neiging om bevooroordeeld te zijn, maar de genetische methode en standaardisatie van de tellingen van jagers maakt de kalibratie van traditionele methoden en het continue inzicht in de populatietrend mogelijk.
Het project werd gefinancierd door het Nederlandse Ministerie van Landbouw in het kader van het BBI-Matra-programma. Er was een nauwkeurige schatting van het aantal wilde beren in Kroatië; uit DNA-analyse werd geconcludeerd dat er (destijds) tussen de 700 en 1.000 beren in Kroatië leefden. De publieke houding ten opzichte van beren werd gemeten door middel van vragenlijsten.
Het onderzoeksgebied van dit project (gesteund door Bears in Mind tussen 2003-2009) bevind zich in het dorre ecosysteem in het uiterste zuidoosten van het land. Historisch gezien gebruikten beren in het oostelijke deel van Georgië migratieroutes van de Grote Kaukasus (Lagodekhi-reservaat) in het noordoosten, naar het Lori-plateau (Vashlovani National Park) in het zuidoosten van Georgië.
De populatie in Vashlovani Nationaal Park werd tijdens dit onderzoek geschat op ongeveer 10 individuen en aangezien de regio tussen het Lori-plateau en de Grote Kaukasus een groeiende verstedelijking heeft gezien in de afgelopen decennia, is de oude migratieroute mogelijk uiterst beperkt of zelfs niet langer functioneel. Deze suggestie moet worden onderzocht door middel van caremeraval- en sporenonderzoek. Dit is belangrijk omdat als er geen genetische uitwisseling is tussen de kleine populatie in het dorre ecosysteem van Vashlovani en de aanzienlijk grotere populatie van de Grote Kaukasus. Indien geïsoleerd, zal de populatie van het Lori-plateau als ernstig bedreigd moet worden beschouwd, wat speciale beschermingsmaatregelen vereist.
Individuele beren zullen worden geïdentificeerd door middel van cameravallen en hun dagelijkse activiteiten zullen worden geanalyseerd. De leefgebieden van de beren zullen worden bepaald adhv intensieve monitoring door middel van radio-tracking-methode. GPS-locaties worden genomen van berensporen (pootafdrukken, uitwerpselen, markeringen, holen en de locatie van individuele beren). Alle gegevens worden geanalyseerd in GIS. Home ranges van beren zullen worden geïdentificeerd, evenals overlappende leefgebieden tussen individuele territoria. Analyseren van cameravalfoto’s is zeer succesvol gebleken en er zijn verschillende beren en andere dieren gefotografeerd. NACRES heeft gegevens van 3.700 cameravaldagen met daarin 65 berenfoto’s verzameld. Ze verzamelden ook ongeveer 354 foto’s van andere soorten zoals: wolf, luipaard, lynx, jungle kat, wild zwijn, stekelvarken, wilde kat, haas, das en zelfs een steenarend. Luipaard-, lynx-, junglekat- en stekelvarkenfoto’s waren het meest interessant omdat ze voor het eerst op de foto in Georgië werden gezien. Ook kregen twee beren een radiohalsband, waarvan er helaas één werd gestroopt.
NACRES volgt de beren en andere carnivoren en hoefdieren continue in diverse onderzoeken via hun beschermingsprogramma’s.
Op deze pagina wordt de laatste reddingsactie geplaatst.
Beer MILA
Op 1 oktober 2022 reisde het team van Bears in Mind af naar Bosnië Herzegovina om daar de 7-jarige berin MILA uit haar noodlottige situatie te bevrijden! Voor dit transport hadden we weer de hulp van EKIPA ingeroepen, die al eerder beren voor ons uit Oekraïne, Bulgarije en Spanje heeft vervoerd.
MILA heeft haar eerste 6 levensjaren doorgebracht in een klein donker hok bij iemand thuis, verborgen gehouden van de buitenwereld. Pas in 2021 kwamen we haar op het spoor en hebben we samen met de verantwoordelijke autoriteiten in Bosnië Herzegovina gezorgd dat de berin uiteindelijk werd overgeplaatst naar een tijdelijk verblijf in Sarajevo Zoo. Hier zat ze sinds maart 2022 en hebben we extra geld voor voedsel en medische verzorging naar de dierentuin gestuurd om haar voor te bereiden voor de lange reis naar Het Berenbos in Rhenen.
Op maandag 3 oktober begon het team van Bears in Mind en EKIPA al vroeg in de ochtend met de voorbereidingen. De transportkist werd voor het hok geplaatst en gezekerd, waarna we probeerden om haar in de kist te lokken met lekkernijen. Ze was sinds de vorige dag niet meer gevoerd, dus in theorie zou het redelijk snel gedaan moeten zijn. Maar MILA was niet gemakkelijk te vangen, zo bleek. Na een uur proberen werd besloten om haar te verdoven. We hadden immers een strakke deadline die we moesten halen: om 17:00u zou de dienst van de dierenarts aan de Bosnische grens eindigen en we moesten voor die tijd afgetekende documenten van hem verkrijgen om de grens met beer te kunnen passeren. Een strenge controle werd verwacht aan de buitengrens van de EU, dus alles moest op orde zijn.
Eerst probeerden we haar te lokken…De lokale dierenarts moest er toch aan te pas komen.
Helaas ging het niet zoals gepland. Na vertrek in Sarajevo Zoo moest het team met beer naar het lokale douanekantoor voor het opmaken van diverse andere papieren. Dit duurde vele uren langer dan verwacht. De daaropvolgende ‘race naar de grens’ mocht niet baten, inmiddels was de dienstdoende dierenarts naar huis en niemand kon ons meer helpen. Pas om 8u de volgende ochtend, op Wereld Dierendag, ging het grenskantoor weer open en konden we na een ernstige vertraging van meer dan 13 uur de reis vervolgen.
Aan de andere kant van de grens werden de volgende problemen al snel duidelijk. Door een fout van Sarajevo Zoo in een document, kon de Kroatische douane agent de papieren niet in het systeem zien en de Kroatische grens inspecteur / dierenarts de EU reispapieren niet aftekenen. Het duurde nog eens zeven uur voor we weer op weg konden! MILA was gelukkig al die tijd rustig. De lange weg voor ons, door Kroatië, Slovenië, Oostenrijk, Duitsland en Nederland verliep verder zonder problemen. Vroeg in de ochtend, op woensdag 5 oktober, kwamen we aan in Ouwehands Dierenpark. MILA werd redelijk vlot uitgeladen door het team van berenverzorgers en inspecteerde nieuwsgierig haar nieuwe (tijdelijke) omgeving in de quarantaine van Het Berenbos. MISSIE GESLAAGD!!! MILA zal de komende maand onderzocht worden en in quarantaine moeten verblijven.
Dit project werd financieel ondersteund tussen 2005-2007. Een aantal lokale gidsen werd getraind om te paard omliggende dorpjes af te gaan en de boeren te interviewen. Op die manier inventariseerden zij het aantal aanvallen van een beer op vee. Er werd in dit project bewust gekozen voor lokale gidsen; zij kennen de boeren en dat maakt de kans op medewerking groter. Onderzoekers van buitenaf zouden veel meer moeite hebben om alle informatie boven tafel te halen. In totaal zijn in zeventien dorpjes 65 mensen geïnterviewd. Daaruit kwam naar voren dat er zich sinds 2000 slechts 83 incidenten met koeien hebben voorgedaan. Bij de helft hiervan gaat het om een aanval van een brilbeer, bij een derde van de gevallen zijn koeien verdwenen (waarschijnlijk gestolen) en in de overige gevallen zijn het ongelukken waarbij koeien bijvoorbeeld op de hellingen zijn uitgeleden en moesten worden afgemaakt. De beer is dus verantwoordelijk voor de helft van de slachtoffers. Gelukkig zijn de boeren in de meeste gevallen economisch niet afhankelijk van hun (kleine aantal) koeien, wat de schade uiteindelijk weer beperkt. Het totale aantal incidenten is niet hoog. Veel van de incidenten vinden plaats bij vee waar geen koeienhoeder bij is. Dat maakt het moeilijk om voldoende, goede informatie te verzamelen.
In Venezuela worden de gegevens gebruikt voor het opstellen van een nationaal beheersplan voor de brilbeer. Er is ook contact met omringende landen, waar men met dezelfde problemen kampt. Het is belangrijk om ervaringen te delen, aangezien de gevolgen van de conflicten er de afgelopen 30 jaar voor hebben gezorgd dat de berenpopulatie in Venezuela drastisch is afgenomen. In Ecuador werkt men aan een vergelijkbaar onderzoek.
Het doel van dit project is om de basis te leggen voor een wetenschappelijk onderbouwd beschermingsplan voor de Kamchatka bruine beer. Belangrijke aspecten van deze ondersoort die nog niet onderzocht zijn en waar dit project zich op zal richten zijn:
de genetische opbouw en diversiteit van de populatie,
hoe beren omgaan met stress veroorzaakt door menselijke activiteiten en klimaatverandering in het gebied
wat de rol is van diverse voedselitems in het dieet van de beren in relatie tot de mate van stress
vergelijken van huidige bevindingen met resultaten van onderzoek uit 2002-2005 om zo een beeld te krijgen van de populatie
in kaart brengen van beer-mens conflicten en aandragen van oplossingen
Genetisch onderzoek zal gedaan worden door prikkeldraad rondom bomen te spannen om zo haar te verzamelen waar DNA uitgehaald wordt. Deze bomen worden zorgvuldig uitgezocht, het zijn namelijk zogenaamde ‘rub trees’ waar beren vaker gebruik van maken om hun geur achter te laten voor andere beren in hun territorium. Daarnaast worden gedragsobservaties gedaan en wordt het gebied uitvoerig in kaart gebracht (o.a. vegetatie, terrein, voedselvoorziening en menselijke verstoring). De mate van stress in beren wordt gemeten door het testen op aanwezigheid van bepaalde stoffen in de verzamelde haren. In het jaar dat het project door Bears in Mind gesteund werd, is de basis gelegd voor een langetermijnstudie naar bovenstaande aspecten. Helaas is er geen continueringsvoorstel door de onderzoekers ingediend en kon het project niet langer door ons ondersteund worden.
ZOO werkt aan natuurbeschermingseducatie in dierentuinen, musea en op scholen. Het laatste educatie project van ZOO Outreach dat door Bears in Mind financieel ondersteund is, betrof een handleiding voor docenten op scholen en educatieve medewerkers van dierentuinen (2008 – 2009). Dit lespakket bestaat uit allerlei educatieve spelletjes, T-shirts, maskers, stickers en posters. Uiteraard zit er een informatiepakket bij, dat uitleg geeft over de bedreigingen waaraan de Bruine beer, de Lippenbeer, de Aziatische zwarte beer en de Maleise beer blootstaan. India is het enige land op de wereld waar vier verschillende soorten beren voorkomen in het wild!
Het belang van educatie ZOO Outreach is zeer vooruitstrevend in educatie over beren. Bears in Mind onderstreept het belang van educatie om te komen tot optimale bescherming van de beren. Daarom steunt Bears in Mind ZOO als sinds 2004 met het educatiewerk in India.
India telde in 2000s ongeveer 600 dansberen. In 2009 werd de laatste dansbeer van de straat gehaald en opgevangen door Wildlife SOS. Deze organisatie vangt echter niet alleen beren op, maar werkt ook aan preventieve maatregelen. Bears in Mind biedt Wildlife SOS financiële ondersteuning.
Wildlife SOS heeft altijd een grondige werkwijze gehad. Zodra een melding over een dansbeer binnenkwam, gingen medewerkers direct naar de aangewezen plek. De beer werd vervolgens in beslag genomen en de eigenaar ingerekend. Vervolgens kwam, in samenwerking met de Indiase overheid, een sociaal hulp traject op gang. De beer was vaak namelijk de enige bron van inkomsten van een hele familie. Zodra deze werd weggehaald, was de kans groot dat een familielid weer een nieuwe beer kocht. Wildlife SOS verbrak deze vicieuze cirkel door de familie te helpen bij het ontwikkelen van een alternatieve inkomstenbron. De eigenaar van de beer kreeg 50.000 roepies ter compensatie van de beer, zijn kinderen konden naar school en hij kreeg hulp bij het ontwikkelen van een alternatieve bron van bestaan: taxi chauffeur, kapsalon, winkeltje. Daarnaast kreeg de ‘oudste’ (chief) van de familie de opdracht ervoor te zorgen dat familieleden niet dezelfde fout begingen. Deze aanpak werkte. Er zijn geen dansberen meer in India.
Soms ondersteund Bears in Mind ook projecten waar het in eerste instantie niet direct om beren gaat, maar om dieren die hun leefgebied delen met beren. Zo ook een onderzoek naar Veelvraten in Noorwegen, tussen 2003-2008. De resultaten van het onderzoek laten zien dat de veelvraten enerzijds graag in de hoge Alpine gebieden vertoeven, maar dat het gebied onder de boomgrens evenzeer aantrekkelijk is. In het overgangsgebied tussen hoog toendra en het lager gelegen bos is namelijk veel voedsel te vinden voor de veelvraat. De schaapskuddes hebben het soms zwaar te verduren, maar ook allerlei andere prooidieren zijn slachtoffer. Het onderzoek laat overduidelijk zien dat, in gebieden waar veelvraten samen met wolven leven, de dieren handig gebruik maken van de eland kadavers die de wolven achterlaten. De wolven zijn begin jaren negentig in het gebied teruggekomen. Na enkele jaren arriveerden in hetzelfde gebied de eerste veelvraten. Het blijkt dat veelvraten in dit gebied overstappen van rendier (kadavers en eigen vangst) en kleine prooidieren (eigen vangst) naar enkel eland kadavers. Veelvraten staan bekend als rovers van prooien van andere roofdieren, maar afhankelijk van hun leefomgeving is dit dus niet altijd zo.
Uit een analyse van de habitatvoorkeur van lynx, wolf, beer en veelvraat blijkt dat de vier goed bij elkaar kunnen leven. Elke soort maakt namelijk anders gebruik van zijn habitat. De veelvraat zoekt met name hogere delen op en de lynx, wolf en beer zijn echte bosbewoners. De lynx gebruikt de laagste delen van het bos. Daarboven tref je de wolf en als laatste de beer. De beer leeft het dichtst bij de veelvraat die zich het hoogst op de helling bevindt.
Verscheidene middelen zijn ingezet om schade door beren aan bijvoorbeeld boomgaarden en bijenkorven te voorkomen, maar deze bleken niet voldoende. De gedupeerden voelden zich niet gesteund door de overheid en gebruikten vaak illegale middelen om van de ‘probleemberen’ af te komen. METU Biodiversiteits- en Natuurbeschermingslaboratorium en de Yusufeli Nature Conservation zijn een project gestart om beren en lokale bevolking in Noordoost Turkije en vooral in de regio Yusufeli, op een vreedzame wijze samen te laten leven. Bears in Mind heeft dit project in 2007 en 2008 gesteund met een financiële bijdrage.
‘Probleemberen’ in Turkije Door inwoners kennis te laten maken met simpele, maar effectieve manieren om beren te weren, moet de schade die ze ondervinden afnemen. De imkers kunnen hun bijenkorven beschermen door elektrisch beveiligde hekken te plaatsen of op verhoogde platforms. Video’s van het succesvolle gebruik van deze middelen in andere gebieden moet de inwoners overtuigen van de daadwerkelijke effectiviteit ervan. Daarnaast willen de organisaties de nationale en lokale media gebruiken om meer te vertellen over de beer en zijn leefomgeving. Men hoopt op die manier de bewustwording van de aanwezigheid van de beer en hopelijk ook het begrip voor gedrag van deze dieren bij de inwoners te vergroten.
Bears in Mind heeft in 2004 en opvolgende jaren samen met haar Bulgaarse partner Balkani Wildlife Society (BWS) en de overheid het beheersplan voor de bruine beer opgesteld. In 2008 werd het afgerond en ondertekend. Bears in Mind heeft ook voor de implementatie de helpende hand geboden door fondsen te werven voor ondersteuning van een zogenaamd ‘berenreddingsteam’ (Bear Emergency Team). Een dergelijk team komt in actie zodra ergens problemen tussen beren en mensen zijn. Het project startte met de oprichting van een werkgroep bestaande uit vertegenwoordigers van alle belanghebbenden: overheid, natuur- en milieuorganisaties, beren deskundigen, touroperators, boeren maar ook jagers. Een ander deel van het project betrof het verzamelen van veldgegevens. Om een populatie beren (of andere dieren) goed te kunnen beschermen moet je weten waar de dieren zitten, hoeveel het er zijn, in welke gebieden ze niet meer komen en waarom niet. Het is ook van groot belang te weten wat de houding van de lokale bevolking ten opzichte van beren is.
Bears in Mind heeft voor dit project twee grote subsidies gekregen van het toenmalige Nederlandse Ministerie van LNV. Deze PIN-Matra en BBI-Matra beurzen waren er op gericht om de natuurbescherming in oostelijk Europa te waarborgen. De projecten speelden nadrukkelijk in op maatschappelijke veranderingen die destijds plaatsvonden in veel Oost-Europese landen en natuurlijk de toetreding van Bulgarije binnen de EU.